Opfrissen in de Romeinse tijd, hoe doe je dat?
Bron: www.wikipedia.nl
Romeinse Badhuizen
Nu is het normaal dat er een badkamer in elk huis zit. Maar vroeger was dat niet zo normaal. Toen gingen de mensen naar een badhuis om zich schoon te maken. Dit deden ze d.m.v. te baden en te wassen. Omdat het midden in de stad lag, en omdat er veel mensen kwamen, was het erg groot. Je kon dus ook uit veel faciliteiten kiezen. Als je naar een badhuis ging volgende je vaak een aantal stappen. Eerst kleedde je je uit en legde je kleren in een kastje of op een plank. Vandaar ging je naar de koude ruimte die frigidarium genoemd werd en waar je je onderdompelde in koud water. Daarna ging je naar de warme ruimte, het tepidarium. Vanuit het tepidarium liep je naar het caldarium, een ruimte vol met hete stoom, hete dompelbaden en warme fontein om je te wassen. Het caldarium werd verwarmd door een holle ruimte onder de vloer waar hete lucht werd ingeblazen. Door de stoom zweette je het vuil uit dat dan van je lichaam geschraapt kon worden. Dit kon je door een slaaf laten doen, die je daarna masseerde en je huid inwreef met olie. Ook kon je gebruik maken van de zweetruimte. Dat is in onze woorden een sauna.
Hieronder zie je een plattegrond van een romeins badhuis:
Romeinse Badhuizen
Nu is het normaal dat er een badkamer in elk huis zit. Maar vroeger was dat niet zo normaal. Toen gingen de mensen naar een badhuis om zich schoon te maken. Dit deden ze d.m.v. te baden en te wassen. Omdat het midden in de stad lag, en omdat er veel mensen kwamen, was het erg groot. Je kon dus ook uit veel faciliteiten kiezen. Als je naar een badhuis ging volgende je vaak een aantal stappen. Eerst kleedde je je uit en legde je kleren in een kastje of op een plank. Vandaar ging je naar de koude ruimte die frigidarium genoemd werd en waar je je onderdompelde in koud water. Daarna ging je naar de warme ruimte, het tepidarium. Vanuit het tepidarium liep je naar het caldarium, een ruimte vol met hete stoom, hete dompelbaden en warme fontein om je te wassen. Het caldarium werd verwarmd door een holle ruimte onder de vloer waar hete lucht werd ingeblazen. Door de stoom zweette je het vuil uit dat dan van je lichaam geschraapt kon worden. Dit kon je door een slaaf laten doen, die je daarna masseerde en je huid inwreef met olie. Ook kon je gebruik maken van de zweetruimte. Dat is in onze woorden een sauna.
Hieronder zie je een plattegrond van een romeins badhuis:
Meer dan baden alleen.
De badhuizen dienden niet alleen voor de lichaamsreiniging, maar ook om te sporten en als sociale ontmoetingsplaats. Er waren dan ook in alle Romeinse steden badhuizen. Er werd naakt gebaad en gesport, en mannen en vrouwen baadden gescheiden. Dit om seksuele gevoelens die opgeroepen werden door het zien van een naakt persoon van het andere geslacht af te dwingen. De badhuizen hadden aparte openingstijden voor mannen en vrouwen, of er waren aparte afdelingen voor mannen en vrouwen Toch werd er ook wel gemengd gebruikgemaakt van de badhuizen: vrouwen wilden gebruikmaken van de veel uitgebreidere (sport)faciliteiten van de mannenbaden, en prostituees boden zich aan. Prostituees is een ander woord voor hoeren.
Buiten spelen.
Hiernaast hadden de openbare thermen doorgaans ook nog een open tuin voor sport en spel. Hierin bevond zich vaak een openluchtbad. De open tuin was omgeven door een zuilengalerij. Een zuilengalerij is ene ander woord voor pilaren die naast elkaar staan. In de zuilengalerij zaten ruimtes waarin ze balspellen konden spelen. Ook kon je in de tuin een massage krijgen Soms waren in de tuin epileerders aanwezig. De meest uitgebreide thermen (waaronder de keizerlijke) hadden ook bibliotheken en studieruimtes.
De wc
In een badhuis kon je ook naar de wc. Hier waren net als de baden geen aparte hokjes voor. Je ging dus als je naar de wc moest naar een ruimte waar iedereen kon komen. De wc’s waren er met grote aantallen in een ruimte. Als je naar de wc moest ging je dus naar het badhuis. Vaak waren er vaste tijden dat je er naar toe ging. Je ging dan vaak met zijn tweeën om elkaar tijdens de behoeften gezelschap te hoeden. Als je naar de wc ging dan zat je op een soort houten stoel zonder bril. Soms was het gewoon een plank met een gat boven een afvoer. De voorkant was open omdat de Romeinen een spons gebruikten in plaats van wc papier. De spons werd uitgespoeld in een bak met water. Dat vinden wij maar vies. Er was geen spoelbak met water boven het toilet om 'door te trekken', maar men gebruikte een emmer water om het toilet met de hand te spoelen. In lange rijen naast elkaar op de wc zitten lijkt ons niet zo fijn. Ook de Romeinen vonden het niet gezellig. Ze waren bang dat er geesten uit de donkere riolering naar boven kwamen om hen ziek te maken. Daarom hoopten ze dat de godin Fortuna hen zou beschermen.
Kortom de badhuizen waren zeker een ontmoetingsplaats voor iedereen.